Meer Honger in Gaza sinds blokkade

Het is inmiddels bijna twee maanden geleden dat Israël de toevoer van hulpgoederen naar Gaza blokkeerde. Hulporganisaties zien het aantal gevallen van ondervoeding in de Palestijnse enclave gevaarlijk toenemen. „Ik zie overal hongerige mensen op straat.’’

Yousra Abu Sharekh worstelt elke dag om eten op tafel te krijgen voor haar twee kinderen. Net als de meeste moeders in Gaza. „We eten alleen nog maar rijst en ingeblikt voedsel. Vooral kikkererwten. En zelfs die maaltijden zijn lang niet altijd beschikbaar. Ik zie overal hongerige mensen op straat. Als ik rijst in mijn handen heb, dan rent iedereen naar me toe. Vooral de vluchtelingen in tentenkampen lijden enorm.’’


Abu Sharekh werkt als een coördinator bij INARA, een hulporganisatie die werd opgericht door Arwa Damon, een voormalig correspondent van CNN die vijftien jaar lang getuige was van het lijden van kinderen in oorlogsgebieden. „Kinderen betalen de hoogste prijs. Meer dan 18.000 kinderen zijn al dood. En de rest lijdt aan een onderwijstekort, voedseltekort en medicijntekort. Ze hebben geen plezier meer in hun jeugd.’’


„Het is om wanhopig van te worden’’, zegt UNRWA-woordvoerder Jonathan Fowler. „We zijn tot het punt gekomen dat onze voorraad bloem opraakt. Dit is een door mensen gecreëerd probleem, dat ook gewoon opgelost kan worden door Israël. Er staan namelijk duizenden trucks te wachten om Gaza binnen te gaan.’’ Maar die kunnen er niet meer in sinds 2 maart 2025, toen Israël een volledige hulpblokkade invoerde. Weken later hervatte het Israëlische leger ook de oorlog.


Voorraad raakt op

Fowler zegt nog van geluk te spreken dat tijdens het staakt-het-vuren een grote voorraad kon worden opgebouwd. „Maar daarvan is niet veel meer over. Families gaan van twee maaltijden per dag naar één maaltijd. Mede daardoor zien we een overduidelijke stijging van ondervoeding sinds Israël geen hulp meer toelaat.’’ Ondanks dat Israël UNRWA in de ban heeft gedaan, blijven lokale medewerkers in Gaza doorwerken in schuilplaatsen voor ontheemden.


Ook VN-partner OCHA ziet de voedingssituatie in Gaza snel verslechteren. In de eerste twee weken van april zijn bijna 21.000 kinderen gescreend op ondervoeding, van wie er bij 641 matige acute ondervoeding en bij 64 ernstige acute ondervoeding werd vastgesteld. Fowler zag in maart al een toename van ondervoeding in Gaza. „Onvermijdelijk zullen de cijfers van april hoger zijn.’’


Iyad Krunz woont inmiddels weer thuis in Gaza-Stad. Eerder was hij zeer verheugd vanwege het staakt-het-vuren, maar nu omschrijft hij het leven in Gaza als extreem moeilijk. Krunz sloeg tijdens de oorlog meerdere keren op de vlucht. „Ik heb geluk dat ik nu een dak boven mijn hoofd heb. Maar geen enkele plek in Gaza kun je als veilig beschouwen. Ik check altijd de evacuatieorders van het Israëlische leger.’’


Duur gas

Ook Krunz ziet geen hulp meer binnenkomen: geen medicijnen, geen vlees, geen eieren, geen melk, helemaal niets. Zelf koken kan niet meer. „Het gas om maaltijden te bereiden, raakt langzamerhand op. Het is ook simpelweg niet meer te betalen. Voor een kilo gas moet ik 60 euro betalen, en dat kan ik niet. Er zijn wel organisaties die met gemeenschappelijke keukens maaltijden bereiden voor vluchtelingen, maar ook daar raken de voorraden op.’’


Zijn bakkerij moest hij sluiten, omdat er geen brandstof meer was, vertelt Krunz somber. Het World Food Program (WFP) voorziet zulke bakkerijen vaak van voedsel en brandstof. „We hebben allemaal honger. Mijn dochter, mijn zoon, heel de familie heeft een knorrende maag. Soms eet ik iets ongezonds om mijn buik maar te vullen. En als ik al iets te eten vindt, is het veel te duur.’’


Gijzelaars

Eerder deze maand liet de Israëlische minister van Defensie Yisrael Katz weten dat er geen hulp meer wordt toegelaten om de druk te verhogen op Hamas. Experts zien deze maatregel als een oorlogsmisdaad. Katz wil de hulp alleen weer hervatten als de Gazanen met een ander mechanisme komen waardoor de goederen niet in handen van Hamas terechtkomen.


De druk waar Katz het over heeft, is gericht op het vrij krijgen van de gijzelaars. In Israël zijn deze in Gaza vastgehouden inwoners nog steeds het gesprek van de dag. Uit meerdere publieke opiniepeilingen blijkt dat minstens twee derde van de Israëliërs alleen een einde van de oorlog wil in ruil voor de terugkeer van alle gijzelaars.