In de oude havenstad Jaffa zijn de Arabische Israëliërs klaar met het voortdurende conflict tussen de Palestijnen en Israëliërs. Na de aanval van Hamas op Israël en de tegenreactie van het Israëlische leger in Gaza blijven de straten en de restaurants leeg in het Arabische gedeelte van Tel Aviv.
Mohammed Baker (40) is een van de weinigen op straat deze zondagmiddag in Jaffa, het Arabische havenstadje naast Tel Aviv. Samen met zijn moeder luncht hij in een verlaten restaurant. De oorlog heeft ervoor gezorgd dat winkels en restaurants ofwel dicht blijven of uitgestorven ogen. ,,We werken niet, de kinderen gaan niet naar school en alles ligt plat. Dit kan niet zo doorgaan”, vertelt hij.
De oorlog is goed voelbaar op straat en in de lucht. Politie is in grote getalen aanwezig en helikopters vliegen af en aan naar het zuiden van Israël. Ook bij de normaal zo drukke rotonde in Jaffa staan twee zwaarbewapende politieagenten. Een van hen vertelt dat ze patrouilleren omdat in Jaffa moslims en joden samenleven en dat een gespannen situatie kan opleveren in tijden van oorlog.
Van spanningen tussen Arabische en joodse Israëliërs is tot dusver nog geen sprake. Wel is bekend dat de Arabische inwoners, goed voor een vijfde van de Israëlische bevolking, te maken hebben met discriminatie en sommigen zich verwant voelen aan hun broeders en zusters in de Gazastrook en de Westelijke Jordaanoever. Zo vierden Arabieren in Jaffa vorig jaar nog feest toen raketten vanuit de Gazastrook naar Tel Aviv vlogen.
Een jaar daarvoor werd Jaffa wakker in puin, vol kapotte winkelpuien en autoruiten. De rellen die zich tijdens een ander conflict tussen Hamas en Israël voordeden hadden verassend het zuidelijkste deel van de metropool Tel Aviv bereikt.
Een onderzoek gepubliceerd door het Israëlische Defensie en Veiligheidsforum en uitgevoerd onder 260 leden van de Israëlisch-Arabische gemeenschap toont een diepe kloof aan tussen Israël en zijn Arabische minderheid. Maar een kwart van de ondervraagden liet vorig jaar weten voorstander te zijn van een soevereine Joodse staat.
‘Niet goed voor beide kanten’
Baker juicht het geweld niet toe, en zegt zelfs bang te zijn voor de raketten uit de Gaza. Terwijl tegelijkertijd een deel van zijn familie in de dichtbevolkte strook woont. ,,Ook mijn familie daar is heel bang als Israël weer luchtaanvallen uitvoert. Ze hebben geen elektriciteit, geen schuilplaats en nauwelijks geld om van te leven. Soms stuur ik ze geld zodat ze iets te eten hebben.”
Volgens Baker, die het conflict via zowel de Israëlische als de Arabische kanalen volgt, heeft deze opleving niet een directe actuele oorzaak. ,,Hamas wil simpelweg niet dat Israël de Al-Aqsamoskee in Jeruzalem betreed. Dat is de reden waarom zij nu de aanval inzetten.”
Baker gelooft in een tweestatenoplossing en wijst vooral naar de nieuwe ultrarechtse regering als oorzaak van het dwarsbomen van dit ideaal. ,,Met figuren als Itamar Ben-Gvir en Bezalel Smotrich (beiden woonachtig op de bezette Westelijke Jordaanoever) in de regering, lijkt deze oplossing verder weg dan ooit.”
Stilte op straat
Bashar (56) zit voorovergebogen op een bankje voor zijn restaurant. Het restaurant is leeg en dat wijt hij aan de situatie met Hamas en Israël. Het enige wat Bashar wil is vrede tussen beide groepen. ,,Het conflict moet stoppen.” Ook bij de oudste bakkerij in Jaffa, het befaamde Aboelafia, is het sinds zaterdag uitgestorven, laat medewerker Zado (34) weten.
Op de heuvel, uitkijkend over Tel Aviv, valt op hoe uitgestorven de normaal zo drukke stad is op de stranden en in de straten. De islamitische gebeden vanuit de moskee in Jaffa, gelegen naast een synagoge, zijn daarom des te beter te horen. Twee Egyptische tv-journalisten pakken op de heuvel hun spullen nadat ze verslag hebben gedaan van de oorlog.
Baker en zijn moeder ronden hun lunch af en besluiten huiswaarts te keren in de hoop dat het normale leven eer terugkeert en de familie in Gaza zich veilig houdt.