Weinig conflicten wekken zoveel verbale botsingen op als de strijd tussen Israël en Palestina. Bijna alles daaraan is zwartwit, ook nu weer in de jongste de Gazaoorlog. „Als je geen empathie kunt opbrengen voor de andere kant, dan is het lastig om uiteindelijk concessies te doen.”
Er zijn de laatste weken weer veel onschuldige burgers omgekomen. Israëlische vrouwen, kinderen en bejaarden; Palestijnse vrouwen, kinderen en bejaarden. Ze zijn begraven en hun nabestaanden blijven voorlopig in rouw gedompeld. Sommigen koken van woede en schreeuwen om wraak. Maar het verdriet bestaat aan beide kanten, alleen kan of wil men dat zo niet voelen. ,,Het leed niet kunnen erkennen van de andere partij is een van de grondoorzaken waarom het conflict blijft voortduren”, zegt Ofer Shinar Levanon. Voor de Hebrew University of Jerusalem deed hij onderzoek naar de psychologie van het slepende conflict.
Hoe moeilijk het is de andere partij niet te verketteren, ervaart Shinar Levanon in zijn eigen omgeving. Twee familieleden van zijn vrouw, zelf ook psycholoog, worden gegijzeld in Gaza. Het gezin is geschokt door de gruwelen van Hamas, vertelt de Israëliër vanuit zijn woning in Londen. Net als veel Israëliërs die een ontvoerde, een gewonde of een vermoorde landgenoot kennen, voelt Shinar Levanon zich zeer betrokken. En toch probeert hij open te staan voor het verdriet aan de andere kant van de grens, iets waartoe maar weinig Israëliërs en Palestijnen volgens hem in staat zijn. „Het leed van de ander erkennen vinden velen onverdraaglijk.”
Als je geen empathie kunt opbrengen voor de andere kant is het lastig om uiteindelijk concessies te doen die in de richting gaan van een blijvende vrede. Bijna iedereen blijft in dezelfde psychologische staat, constateert Shinar Levanon. ,,Ik denk dat je daar eerst iets aan moet veranderen voordat je kijkt naar de andere redenen van het conflict, zoals veiligheid en grenzen. Psychologie gaat verder dan deze kwesties. Burgers die betrokken zijn bij gewelddadige conflicten hebben de neiging om de ander als ultieme agressor te zien. Ze beschouwen zichzelf vaak als weerloze slachtoffers die dus worden aangevallen door de andere kant. Maar dit geldt voor beide kanten, dus net zo goed voor Israëlische als Palestijnse burgers. Voor beiden kampen moet het beeld zwart-wit blijven. Als een Israëli zich slachtoffer voelt, kan een Palestijn dat niet ook zijn.”
Indrukwekkend
Toch denkt niet iedereen zo. Er zijn zeker ook Palestijnen en Israëliërs die wel naar elkaar omkijken. Indrukwekkend was in dat verband een interview, afgelopen week, op de Amerikaanse tv met de joodse journalist en schrijver Amira Hass. Zij ijvert nu voor een wapenstilstand en beëindiging van de tragedie die zich in Gaza ontrolt.
Volgens Hass is het momenteel onmogelijk delen van het Israëlische volk te overtuigen van wat Palestijnse families doorstaan aan de andere kant van de muur. ,,Daar zijn mensen die ik ken en waar ik van houd. Mensen die tegelijkertijd emotioneel en rationeel kunnen zijn. Mensen die ontzet zijn over wat er op 7 oktober gebeurde (de slachtingen door Hamas) maar die tegelijk kunnen zeggen dat dit conflict niet begon op 7 oktober. Er zijn geen woorden voor wat mijn vrienden in Gaza nu moeten doorstaan, maar het lukt niet het Israëlische publiek daarover te spreken. Mensen zijn zo dronken van het verlangen wraak te nemen voor wat er zeven oktober gebeurde dat ze helemaal niets weten van wat er in Gaza speelt en het interesseert ze ook niet.” Hass is evenmin optimistisch over hoe veel Amerikaanse en Europese politici er nu tegenaan kijken.
Shinar Levanon werkte samen met een organisatie waar Palestijnse en Israëlische nabestaanden het samen over hun geliefden hebben die zijn omgekomen door het conflict. Ze praten dan over hun broers, zussen en vaders, en proberen elkaars lijden echt te erkennen om vervolgens vrede te sluiten. Dat is voor hen, die de grootste prijs hebben moeten betalen, soms de enige oplossing, aldus de onderzoeker. „We moeten ons realiseren dat buitenstaanders zich hierin moeten mengen, zoals een Europese Unie. Wij kunnen dit conflict zelf niet oplossen door het militariseren van de ene kant of het demilitariseren van de andere kant. Je kunt wel Hamas proberen uit te schakelen, maar over vijf jaar staan er weer nieuwe leiders op. Daarom moeten mediatoren, die onafhankelijker naar het conflict kijken, aan de slag met de psychologische grondoorzaken.”
Shinar Levanon houdt hoop dat het eens zal lukken nader tot elkaar te komen. ,,Maar alleen als we samen naar het verleden kunnen kijken en het ook leed van de ander kunnen erkennen.”
Terug naar Oslo-akkoorden?
De Oslo-akkoorden van 1993 waren de enige betekenisvolle poging om vrede te stichten in de regio, aldus Shinar Levanon. Degenen die zich daarvoor inzetten (de Amerikaanse president Bill Clinton, PLO-leider Yasser Arafat en de Israëlische premier Yitzahk Rabin) beschouwt hij achteraf als ‘zeer intelligent en gemotiveerd’. Maar ook Clinton, Arafat en Rabin faalden uiteindelijk ,,omdat ze niet genoeg omkeken naar het verleden”. ,,Ze hadden meer oog voor de toekomst en vergaten dat het verleden de toekomst dicteert.
Voor generaties die zijn geboren in langdurige conflicten, is het heel lastig om rationeel naar de andere kant te kijken. De Tweede Wereldoorlog duurde daarentegen niet heel lang, los van dat het de meest verschrikkelijke oorlog was. Je zag dat de Verenigde Staten kort na de oorlog weer goede banden onderhielden met Duitsland. Tegenwoordig leeft er bijna niemand meer op aarde die een periode heeft gekend waar er geen Israëlisch-Palestijns conflict was. Daarom blijft dit conflict zich ook voortzetten. Het is voor een langdurig conflict heel lastig om vrede te stichten.”