Wij zijn tegen geweld”, benadrukt Kobi Dembinski in de Joodse nederzetting van Peduel. „Dat is voor mij een rode lijn.” Ook voor zijn buurman Nathan Kandler is geweld uit den boze. „Maar tegelijkertijd vind ik de media onjuist verslag doen. Het aantal gewelddadige jongeren is zeer beperkt”, vindt Kandler.
De Verenigde Naties spreken van de gewelddadigste maand op de bezette Westelijke Jordaanoever. Israëlische kolonisten voerden afgelopen oktober minstens 264 aanvallen uit op Palestijnen.
Dit is het hoogste aantal per maand sinds de VN in 2006 begon met het bijhouden van dergelijke incidenten. Vooral na 7 oktober 2023 nam kolonistenterreur toe, met als doelwit onder anderen Palestijnse boeren die deze maanden hun olijven plukken.
Afgelopen week was het raak in het Palestijnse dorp Deir Istiya. Daar stichtten Israëlische kolonisten brand in een moskee, waarna ze profeet Mohammed op de buitenmuren met graffiti vervloekten.
‘Meesten zijn vredige mensen’
Het zijn vooral Palestijnse dorpen en omliggende landbouwgrond die te maken krijgen met geweld. „Maar de meeste kolonisten zijn vredige mensen”, verzekert de winkelende Nadav in Ariel, een nederzetting met meer dan 20.000 inwoners.
Maar zij die wél geweld gebruiken, ‘beschadigen ons ook’, stelt Nadav. „Ik ken deze lui niet persoonlijk. Het zijn volgens mij vooral jongeren met onderliggende problemen. Ik vind het simpelweg immoreel om een huis of auto in brand te steken. Het mag bovendien niet van onze religie.”
Net als andere nederzettingen wordt Ariel internationaal beschouwd als illegaal, hoewel Israël dat niet zo ziet. Nadav heeft bewust voor de Westoever gekozen. „Want wij moeten hier zijn”, benadrukt hij. „We zagen hoe onze afwezigheid in Gaza afliep: een bloedbad op 7 oktober. Dat willen wij hier niet laten gebeuren.”
De huizen zijn hier goedkoper
Terwijl Nadav voor ‘de veiligheid van de staat Israël’ op de Westoever woont, kiezen andere bewoners voor deze regio omdat het leven er goedkoper is. „Het is hier zeker makkelijker rondkomen dan in het peperdure Tel Aviv. Huizen zijn hier goedkoper dan in de grote steden.”
Israëliërs kiezen bewust voor de Bijbelse betekenis van de Westbank. Veel inwoners identificeren zich namelijk met het religieus-zionisme. Dat is een overtuiging dat het Joodse volk recht heeft op een eigen staat binnen het zogeheten Eretz Israel, het land van de Bijbelse teksten. Dat bestaat onder andere uit de Palestijnse Westbank, en voor sommigen ook uit de Gazastrook.
Een nederzetting waar deze overtuiging breed wordt gedeeld, ligt op de heuvel van Peduel. Hier woont een kleine gemeenschap waarvan veel families stemmen op religieus-zionistische partijen, stelt bewoner Kandler, op de heuvel die uitkijkt over grote delen van Israël.
Torastudie en legertraining
„Dat betekent dat we hier inzetten op thorastudie en legertraining”, vertelt Kandler, terwijl een groep bezwete tienerjongens joggend passeert. „Dat zijn jongens die zich aan het voorbereiden zijn op hun dienstplicht”, legt hij uit.
Kandler woont sinds 1988 op de Westelijke Jordaanoever, of: het Bijbelse Samaria, zoals hij deze regio steevast omschrijft. Dat hij volgens het internationale recht in een illegale nederzetting woont, ziet hij niet als een probleem. „Ik denk zelfs dat wij de oplossing zijn. Wij kunnen Arabische dorpen juist helpen in hun economische en maatschappelijke ontwikkeling.”
Dat Kandler voor Peduel heeft gekozen, heeft volgens hem een diepe betekenis. „Dit is in principe het midden van Israël, het land van de Bijbel. Hierdoor hebben wij een heel sterke verbinding met dit gebied.”
Met steun van de regering
Joodse kolonisten hebben de afgelopen jaren de wind mee. De ultrarechtse regering van premier Benjamin Netanyahu legt hun geen strobreed in weg.
Zo keurde minister én kolonist Bezalel Smotrich (Financiën) een omstreden bouwproject goed dat al decennia geldt als een van de meest prangende kwesties in de strijd om land: het zogeheten E1-plan.
Het betreft een strategisch gebied tussen Oost-Jeruzalem en de Joodse nederzetting Ma’ale Adoemim. Al sinds de jaren 90 speelt het een sleutelrol in de toekomst van een onafhankelijke Palestijnse staat.
‘Er is niet zoiets als een Palestijnse identiteit’
Dat laatste zien veel Joodse kolonisten als een grote bedreiging voor de veiligheid van Israël. „Er is niet zoiets als een Palestijnse identiteit, laat staan dat zij een staat zouden mogen oprichten”, vertelt Yuval, een jongen met onverzorgd baardje en wilde pijpenkrullen.
Hij is niet de enige in Israël die de oprichting van een Palestijnse staat na de gruwelen van 7 oktober als een cadeau voor terreur beschouwt.
Kobi Dembinski komt uit een van de eerste families die neerstreken in Peduel. „Hoe meer families zich vestigen hier in Samaria, hoe beter het is voor onze gemeenschap. Wij houden ons allemaal aan een religieuze levensstijl, waardoor de synagoge fungeert als een samenkomst van onze gemeenschap.”
Files richting Tel Aviv
Dembinski werkt als advocaat in Tel Aviv en moet vroeg zijn bed uit. „Het drukke verkeer en de slechte toegang tot de steden kan ik gerust als het minst fijne beschouwen.”
Veel kolonisten mopperen over drukke wegen en lange files, maar reppen niet over het leven met de Palestijnen. Of die Palestijnen, die Kandler en Dembinski consequent beschrijven als Arabieren, wel kunnen samenleven met Joden?
„Dat moet gebeuren”, zeggen beiden. „De meesten van ons erkennen het bestaan van Arabische dorpen als voldongen feit. Maar wij blijven hier hoe dan ook. En we willen zelfs uitbreiden tot een miljoen Joodse inwoners.”