Haar vriend en vader zijn nu meer dan drie weken gegijzeld in de Gazastrook, en toch denkt de 17-jarige Yuval daar niet te veel over na. Want als ze aan ze denkt, doet het pijn, vertelt de aangeslagen vriendin van de Nederlandse Ofir Engel. ,,Wij willen onze geliefden terug, en daar hebben we de hulp van heel de wereld bij nodig.”
Tijd om te rouwen heeft ze niet. De vriendin van de Nederlandse Ofir Engel heeft al meerdere familieleden moeten begraven, maar wacht nog altijd op nieuws over haar gegijzelde vriend en vader (Yossi) in de Gazastrook. Ze verblijft met haar moeder (Nira) en twee zussen in een hotel nabij de Dode Zee, zonder veel het nieuws te kijken, zegt ze. ,,Dat maakt mij gespannen.”
Legerwoordvoerder Daniel Hagari zei zondagavond dat het leger tot nu toe de families van 239 gijzelaars heeft geïnformeerd dat hun dierbaren worden vastgehouden in de Gazastrook. Hij zei dat het aantal niet definitief is, omdat het Israëlische leger nieuwe informatie nog onderzoekt. Hamas liet deze oorlog vier gijzelaars vrij en zegt naar verluidt ook acht Russische gijzelaars te willen vrijlaten, na het bezoek van Hamas aan het Kremlin.
Hoopgevende berichten over de situatie van Ofir ontbreken. ,,Het enige wat ik kan doen is de wereld vertellen wat er is gebeurd. Niks maakt mij meer uit. Ik wil ze gewoon weer thuis hebben”, vertelt Yuval, die meer dan een halfjaar verliefd is op haar vriend. ,,Hij is heel lief, grappig, verlegen en charmant.” Moeder Nira zag ze altijd samen: ,,Ze spraken elkaar totdat ze sliepen en begonnen weer te praten als ze wakker waren.”
In het hotel vertelt Nira dat haar dochter zich verantwoordelijk voelde voor de gijzeling van haar vriend. Ofir kwam op vrijdag 6 oktober in kibboets Be’eri het weekend doorbrengen bij zijn schoonfamilie. ,,Waarom moest Ofir daar zijn”, vraagt Yuval zich nu soms verwijtend af. Maar zo ziet de familie van Ofir het helemaal niet. ,,Zij kwamen ons net nog bezoeken hier.”
Zwarte dag
In de ochtend van 7 oktober schrok de familie wakker van de sirenes en berichten op de Israëlische waarschuwingsapp. ,,We zagen al behoorlijk snel dat het anders was dan andere keren. De app bleef maar afgaan en na een halfuur gaf het ook aan dat er terroristen waren.” Op dat moment sloeg de klok 07.00 uur.
Na verloop van tijd hoorde de familie schoten in de buurt. Ook verstonden ze het Arabisch, de taal die de Hamas-terroristen spraken. ,,We kregen rond 12.30 uur veel berichten op de buurtapp dat de terroristen in de kibboets aan het schieten waren. Niemand kwam ons helpen. We waren doodsbang.”
Kort daarna stonden de Hamas-strijders onder het appartement van Nira. ,,Mijn man hield de deur van de saferoom tegen en we probeerden zo stil mogelijk te zijn. Toch braken ze de deur met hun wapens open. Ze schoten onze hond meteen dood. Ik zei tegen mijn dochters om weg te kijken en zichzelf te bedekken onder de dekens. Ook vroeg ik de terroristen om mijn dochters erbuiten te houden.”
Hand in hand
Militanten namen de familie vervolgens mee naar buiten. Ofir en Yuval liepen hand in hand naar een kleine zwarte auto. Yuval ging niet mee, zei een terrorist. Yossi, Ofir en een tienerjongen uit de buurt moesten instappen. ,,Ik hou van je”, zei Yuval nog tegen haar Ofir. De vrouwelijke gezinsleden vonden een beschadigd huis en braken de ramen open. ,,We waren zo bang en konden nauwelijks ademen vanwege de rook. We lagen uren op de grond zonder elektriciteit en water”, vertelt Nira.
Rond 17.00 uur hoorde de familie gevechten tussen de terroristen en het Israëlische leger. De kogels vlogen rond het huis en de raketten bleven ook maar komen. ,,We hebben ons tot 20.00 uur moeten verstoppen, tot de Israëlische soldaten kwamen. Ze klopten op de deur en we deden huilend open.”
Nira: ,,We hebben ze verteld dat Ofir en Yossi gegijzeld waren. Ze schreven hun namen op, en sindsdien hebben we niks gehoord. Alleen dat ze zeker wisten dat ze in Gaza zitten.”
Ontheemd
In het hotel tikken de dagen voorbij zonder verlossende boodschap vanuit Gaza. ,,Ik slaap niet goed”, vertelt Yuval, die nog altijd hoop houdt. ,,Dat is alles wat wij hebben; hoop dat ze terugkomen. We moeten bij elkaar blijven, omdat we niks anders meer hebben.” De familie is ontheemd en heeft helemaal niets meer. ,,Ons huis is afgebrand. Maar dat maakt niet uit. Wij willen onze geliefden terug en daar hebben we de hulp van heel de wereld bij nodig.”